Vandaag ligt in bijna het hele land het openbaar vervoer plat. Het personeel staakt voor de bevriezing van de AOW-leeftijd en ze willen dat mensen met zware beroepen eerder kunnen stoppen met werken.
AOW-leeftijd
Sinds 1 januari 2019 is de AOW-leeftijd 66 jaar en 4 maanden. In 2020 stijgt de leeftijd naar 66 jaar en 8 maanden en in 2021 naar 67 jaar. In 2022 wordt het 67 jaar en 3 maanden, in de jaren 2023 en 2024 blijft de AOW-leeftijd gelijk. Daarna wordt bekeken hoe de levensverwachting zich ontwikkelt.
Bevriezing voor zware beroepen
Eind vorig jaar liepen de onderhandelingen met werkgevers en het kabinet over een nieuw pensioenstelsel al spaak. Het kabinet besloot om zelf te beginnen aan pensioenhervorming, maar de vakbonden zijn daar boos over. De vakbonden (FNV en CNV) willen permanente bevriezing, het liefst op 66 jaar voor iedereen. “Miljoenen mensen met zwaar werk of ploegendienst hebben de grootste moeite om gezond hun pensioen te halen. Maar ook nu het goed gaat, weigert het kabinet om de harde werkers een tijdig pensioen te gunnen”, aldus CNV-voorzitter Arend van Wijngaarden.
Concessies
De mogelijkheid tot vroeger pensioen is een van de heikele punten in het pensioenoverleg tussen kabinet, werkgevers en werknemers. In een poging de onderhandelingen over modernisering van de pensioenen vlot te trekken, is het kabinet bereid te praten over ruimere mogelijkheden tot vroegpensioen vanaf 61 jaar. Individueel kunnen werknemers met een zwaar beroep dan een paar jaar voor hun pensioen stoppen met werken.
Het kabinet heeft zich nu aan de onderhandelingstafel bereid verklaard om de boete die bij vroegpensioenregelingen moet worden betaald – 100 procent van het bedrag dat de werknemer krijgt – mogelijk vijf jaar voor pensionering te verlagen. Echter, over het belangrijkste onderwerp, de AOW-leeftijd, heeft het kabinet nog geen concessies gedaan. Misschien dat het kabinet na de staking van vandaag wordt wakker geschud.