Stijging aantal oproepcontracten: positieve ontwikkeling of niet?

501
⏰ Leestijd: < 1 minuut

Het oproepcontract is de laatste vijftien jaar enorm populair geworden, maar is dit wel een positieve ontwikkeling? 

Wanneer ben je een oproepkracht?

Je bent een oproepkracht als je werkt wanneer de werkgever je oproept, je hebt dus geen vooraf opgestelde werkuren. Dit kan gaan om enkele uren op een dag tot de hele dag. Er is dus geen vast maandsalaris. In de horeca, de detail- en groothandel en de zorgsector wordt veel met oproepcontracten gewerkt. In 2003 waren er 443 duizend oproepkrachten, nu zijn dat er al 940 duizend. Dat is 10,5 procent van de beroepsbevolking.

Verslechtering

Onderzoekers van TNO (Nederlandse Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek) constateerden dat oproepkrachten harder en sneller moeten werken dan vaste werknemers, vaker in ploegendiensten en dat ze fysiek zwaarder worden belast. Ook lopen ze vaker het risico hun baan te verliezen.

Inperking

Sinds de invoering van de wet Werk en Zekerheid in 2015 zijn de mogelijkheden om zo’n contract te sluiten ingeperkt. Alleen voor het eerste halfjaar kan op basis van een oproepcontact worden gewerkt. Na deze zes maanden is dit alleen beperkt mogelijk. Toch groeit het aantal oproepcontracten nog steeds. De enige conclusie is dat veel werkgevers de wet niet naleven en toch contracten afsluiten.

Nieuwe wet

De huidige regering komt met een nieuwe wet om oproepwerknemers te beschermen, de zogenoemde wet Arbeidsmarkt in balans. Dit is een aanvulling op de bestaande, maar niet functionerende wetgeving. En ook deze wet lijkt niet echt zoden aan de dijk te zetten: er zijn geen maatregelen getroffen om te controleren of de wet wordt nageleefd.

Al met al wordt er dus nog te weinig aan de zwakke positie van de oproepkracht gedaan.